Woningcorporaties hebben vorig jaar 5550 huurders wegens betalingsachterstanden of wangedrag uit huis gezet. Dat is 6 procent minder dan in 2014, zegt koepelorganisatie Aedes. Het aantal kan volgens de woningcorporaties nog verder omlaag als de overheid beter meewerkt.
Om huurders uit huis te zetten, is een vonnis van de rechter nodig. Vorig jaar werd 22.000 keer zo'n vonnis uitgesproken, maar in driekwart van de gevallen kon de huurder toch in zijn huis blijven. Volgens Aedes kwam dat doordat woningcorporaties goed hun best doen om een oplossing te vinden, bijvoorbeeld door persoonlijk contact met huurders of het inschakelen van hulpverlening.
Als het toch tot huisuitzetting komt, dan is in 84 procent van de gevallen een huurachterstand de aanleiding. In de andere gevallen gaat het om overlast, woonfraude (zoals illegale onderverhuur) of wietteelt. In veruit de meeste gevallen gaat het om alleenstaanden zonder kinderen.
Minder stug
Het is het tweede jaar op rij dat het aantal huisuitzettingen afneemt. In 2014 was al sprake van een daling van 15 procent. Volgens Aedes is een verdere afname mogelijk als de overheid zich wat minder stug opstelt. Veel huurders komen in de problemen doordat de Belastingdienst en het Centraal Justitieel Incassobureau voorrang krijgen bij het innen van schulden. Aedes vindt dat dat moet veranderen.
Een ander probleem is dat huurders vaak lang moeten wachten op een uitkering of toeslag. De woningcorporaties vinden dat gemeenten hiervoor een oplossing moeten vinden, zoals het verkorten van de wachttijd, het voorschieten van de vaste lasten of een garantstelling. Ook pleit Aedes voor verplicht budgetbeheer voor huurders van wie al lange tijd duidelijk is dat zij hun financiën niet goed zelf kunnen regelen.
Inhouden
Als goed voorbeeld van het terugdringen van het aantal huisuitzettingen noemt Aedes de gemeente Amsterdam. Die heeft een proef gedaan met het inhouden van de huur op de bijstand. Dat leidde bij woningcorporatie Rochdale tot 40 procent minder uitzettingen.
(bron: nos.nl)