Flop dreigt met digitale rechtspraak

De digitalisering van de rechtspraak blijkt een veelvoud te kosten van wat de bedoeling was.

De digitalisering van de rechtspraak dreigt te mislukken. Dat vreest de Centrale Ondernemingsraad (COR) van de Raad voor de Rechtspraak. Een brandbrief waarin hij deze zorgen uit, gericht aan de voorzitter van de Raad die belast is met de organisatie van de rechterlijke macht, is in handen van NRC.

Het project, dat digitaal procederen mogelijk moet maken, is vertraagd en veel duurder dan gepland. In 2012 werden de kosten nog op 7 miljoen euro geschat, inmiddels is er 200 miljoen euro aan uitgegeven. Ook is pas 5 procent ervan gerealiseerd.

In de brief schrijft de ondernemingsraad „zeer kritisch en bezorgd” te zijn over het project. De raad pleit voor een onafhankelijk onderzoek naar de digitalisering van de rechterlijke macht.

Het digitaliseringsproject, Kwaliteit en Innovatie (KEI) genaamd, had dit jaar klaar moeten zijn. Dat is inmiddels bijgesteld tot op z’n vroegst 2020.

Geen papieren dossiers meer

Door het digitale procederen moeten rechtszaken „begrijpelijker en sneller” worden, vindt de Raad van de Rechtspraak, dat het bestuur vormt van de rechtsprekende organisaties in Nederland. Rechters en advocaten moeten alle documenten van een zaak digitaal kunnen bekijken, waarmee een einde komt aan de papieren dossiers – die soms tienduizenden pagina’s dik zijn. De digitalisering zou bovendien moeten leiden tot een bezuiniging. Bij aanvang van het project werd er gedacht aan 54 miljoen euro per jaar.

Maar ruim vijf jaar nadat er met het project werd begonnen, nemen de kosten toe en werkt maar een klein deel „naar behoren”, blijkt volgens de ondernemingsraad uit een recent gesprek met de Raad voor de Rechtspraak. Dit jaar is nog eens minstens 20 miljoen euro extra nodig om verdere vertraging te beperken, bleek begin januari in een voortgangsrapportage. Door geldgebrek zijn de contracten van zestig extern ingehuurde ict-deskundigen niet verlengd. Volgens een woordvoerder van de Raad is de invoering daardoor verder vertraagd.

Extra kosten voor de jaren daarna kan de Raad voor de Rechtspraak niet zelf betalen. De Raad heeft sinds vorig jaar een negatief eigen vermogen en is volgens een woordvoerder in gesprek met het ministerie van Justitie en Veiligheid over verdere financiering van het digitaliseringsproject.

Wensdenken

De hogere kosten ontstaan volgens de woordvoerder doordat digitalisering „complexer blijkt dan gedacht”. De inschatting van het werk zou bij aanvang van het project „incompleet en te optimistisch” zijn geweest, schreef de Raad al in het voortgangsrapport.

Door de vertragingen en extra kosten vreest de ondernemingsraad dat „het draagvlak onder de medewerkers (verder) dreigt af te brokkelen”. Daarmee nemen de „afbreukrisico’s voor een vervolg van de digitalisering alleen maar toe”.

In zijn brief verwijst de ondernemingsraad ook naar het rapport van de commissie-Elias, de parlementaire onderzoekscommissie die tussen 2012 en 2014 onderzoek deed naar grote ict-projecten van de overheid. Het rapport wijst op het verschil tussen een papieren werkelijkheid en de praktische realiteit, gevoed door wensdenken over het moeten slagen van een project. Openheid en transparantie moeten het uitgangspunt zijn, schrijft dat rapport.

Hiervan is bij de digitalisering van de rechtspraak volgens de ondernemingsraad te weinig sprake. Ook wordt het project volgens de COR „vooral vanuit een optimistisch perspectief bezien”.

ICT-leveranciers hebben de Rechtspraak klemvast

De digitalisering van de rechtspraak is uitgesteld. Voor Matthieu Verhoeven in de Togacolumn, een bericht ‘dat je wist dat zou komen’.

Begin januari maakte de Raad voor de Rechtspraak bekend dat de planning voor de digitalisering van procedures is aangepast. Dat is bepaald niet voor de eerste keer.

Wie het honderden miljoenen euro’s verslindende project Kwaliteit en Innovatie (KEI) een beetje volgt, zal dat niet verbazen. Het welslagen van de automatisering werd door de Raad van State al in 2014 in twijfel getrokken.

Maar aan het project zijn zo veel carrières en prestige verbonden dat het hoe dan ook wordt voortgezet, koste wat het kost. De Plasterk-methode wordt hier niet gevolgd.

Het oorspronkelijke budget was zestig miljoen euro, maar dat is inmiddels al bijna een factor vier hoger en het eind is niet in zicht. Ook hier lijkt niemand aansprakelijk of verantwoordelijk, van eerdere fouten lijkt niets geleerd. Mij bekruipt af en toe het gevoel dat ict-leveranciers meteen een folder van de firma Bombardier bestellen als er een opdracht van de Rechtspraak binnenrolt.

Niet naar behoren

Na een (mislukte) pre-pilot in 2016 startte in september 2017 bij de rechtbanken Gelderland en Midden-Nederland een pilot met digitaal procederen in civiele vorderingszaken bij de handelskamer. Uit die pilot bleek dat het systeem niet naar behoren werkt. Het was de bedoeling dat bij alle gerechten vanaf 1 april 2018 in deze zaken digitaal zou kunnen worden geprocedeerd, maar dat is nu uitgesteld tot ergens in 2018 of 2019. Ook overige onderdelen van het KEI-programma lopen grote vertragingen op.

Een groot deel van wat er al had moeten zijn, is er nog niet. En hoe doet het wel geleverde het? Als ik het voorzichtig zeg: als een dergelijk programma gratis werd meegeleverd met mijn privécomputer, dan zou ik er wel voor willen betalen om het eraf te halen.

Grote behoefte

Laat me duidelijk zijn: er is een grote behoefte aan moderne manieren om te procederen en/of met gerechten te communiceren. Er is een noodzaak om digitale dossiers en digitale communicatie in te voeren.

Er zijn echter al jaren digitale dossiersystemen op de markt verkrijgbaar, tegen betrekkelijk lage prijzen. Ook bestaat al jaren de mogelijkheid om binnen een beveiligde omgeving te communiceren. Is het waterdicht? Dat kun je je natuurlijk afvragen. Maar misschien kan Oom Iwan toch altijd overal bij?

Voor bestaande programmatuur is in dit geval niet gekozen, de voorkeur lijkt gegeven aan een uiterst kostbare en hortende heruitvinding van het reservewiel. De voortgang van dat project staat in schril contrast tot de propaganda erover (het enige dat bij KEI volop werkt) en de zeer ingrijpende reorganisatie van het personeelsbestand bij de gerechten. Dat zorgt voor uitgedunde griffies die voor een groot deel zijn bemand met stagiaires en tijdelijke contractanten. Slechts wie bedreven is in het lezen van de Pravda haalt uit die berichtgeving de werkelijke stand van zaken.

Lange weg te gaan

Deze vertraging is erg vervelend voor eenieder die in het rechtsbedrijf werkzaamheden op procedeergebied verricht – ik formuleer dit bewust wat omslachtig.

Eenieder? Nee, is er een sprankje licht. Bij de Hoge Raad kan vanaf 1 maart 2017 digitaal worden geprocedeerd in civiele vorderingszaken. Het gaat om zo’n driehonderd zaken per jaar, met een beperkte groep advocaten en een overzichtelijke, bijna volledig “schriftelijk” gevoerde procedure.

Het is nog een lange, en ik vrees ook zeer kostbare, weg naar digitaal communiceren en procederen in de overige 1,6 miljoen rechtszaken per jaar.

De Togacolumn wordt geschreven door een rechter, advocaat en officier van justitie.

Bron: NRC, door Mark Lievisse Adriaanse; Bron: NRC

31 januari 2018