Besluit Breed Moratorium uitgelegd

Wat houdt de adempauze voor schuldenaren eigenlijk in?
Kortgeleden is er een ontwerpbesluit vastgesteld waarbij een adempauze voor schuldenaren wordt ingelast. Op dit moment wordt er een internetconsultatie gehouden. Enerzijds om u te informeren en anderzijds om u een mogelijkheid te bieden om op dit ontwerpbesluit te reageren.
Daarom zetten wij voor u het voorstel op een rij.
 
Algemeen
Een natuurlijk persoon kan een afkoelingsperiode (moratorium) laten aanvragen voor de periode van maximaal zes maanden. Dat kon al voor bijzondere omstandigheden, zoals een gedwongen ontruiming van de woning. Met dit breed moratorium is het de bedoeling dat dat ook aangevraagd kan worden nadat de schuldenaar zich heeft aangemeld bij een schuldhulpverlener. Daar zijn wel voorwaarden aan verbonden.
De aanvraag van dit breed moratorium wordt gedaan door het college van burgemeester en wethouders (hierna te noemen: college).
 
Doel breed moratorium
De schuldenaar krijgt hiermee een incassopauze. Vaak veroorzaken incassomaatregelen dat de financiële positie van schuldenaren uit balans wordt gebracht. Financiële stabiliteit is belangrijk voor het regelen van schulden. Tijdens het breed moratorium kan er worden bekeken of de schuldenaar de schuldhulpverlener nodig heeft of wellicht onderbewindstelling nodig heeft. Ook onderzoek naar een eventueel dwangakkoord of een WSNP aanvraag behoort tot de mogelijkheden.
Het breed moratorium is bedoeld voor situaties waarbij bijvoorbeeld schuldeisers, ondanks dat zij voldoende zijn geïnformeerd, toch incassomaatregelen voortzetten. Daar waar bijvoorbeeld een verslaving van de schuldenaar oorzaak is van de financiële problematiek, is het breed moratorium niet de uitweg, maar aanpak van de verslaving.
Vervolgens zorgt het breed moratorium ervoor, dat de incasso- en executiebevoegdheden van schuldeisers tijdelijk worden opgeschort.
Hieronder volgt een puntsgewijze behandeling van een aantal onderwerpen: de voorwaarden, het proces, verplichtingen, toewijzing en afwijzing en bijzondere situaties.
 
Voorwaarden voor toewijzing van de aanvraag
  1. De schuldenaar is een natuurlijk persoon.
  2. De schuldenaar kan niet voortgaan met het betalen van zijn schulden of verkeert in de toestand dat hij heeft opgehouden te betalen. Hierbij wordt aansluiting gezocht bij de voorwaarden voor het aanvragen van de WSNP én het persoonlijk faillissement.
  3. De schuldenaar zal de verplichtingen die ontstaan uit de schuldhulpverlening nakomen.
  4. De afkoelingsperiode is noodzakelijk voor de schuldhulpverlening én in het belang van de gezamenlijke schuldeisers.
 
Het te volgen proces
  1. De schuldenaar meldt zich bij een schuldhulpverlener in het kader van de gemeentelijke schuldhulpverlening.
  2. De schuldhulpverlener maakt:
    1. een actuele staat op. Hieruit blijkt de omvang van de boedel en alle bekende schulden, de namen en woonplaatsen van de schuldeisers en de hoogte van de vorderingen
    2. een plan van aanpak.
  3. Via een modelformulier wordt het verzoek ingediend door het college. Hierbij wordt overlegd:
    1. de omvang van de boedel (zie hiervoor)
    2. het plan van aanpak
    3. een schriftelijke verklaring van het college dat een afkoelingsperiode noodzakelijk is
    4. een overzicht van de beslagen die zijn ingeschreven bij het Digitaal Beslagregister
    5. een schriftelijke verklaring van de schuldenaar waarin hij verklaart:
      1. mee te werken aan de schuldhulpverlening
      2. zich te zullen houden aan de bijbehorende verplichtingen.
  4. Het verzoek wordt ingediend bij de rechtbank.
  5. De rechtbank roept de schuldenaar en het college op. Ook kan de rechtbank besluiten schuldeisers op te roepen.
  6. De rechtbank doet onverwijld uitspraak. De griffier doet onmiddellijk aankondiging in de Staatscourant (ook van beëindiging: zie hierna).
  7. Er is geen hoger beroep en cassatie mogelijk (behalve cassatie in het belang van de wet).
  8. De incasso- en executiebevoegdheid van de schuldeisers wordt opgeschort gedurende de afkoelingsperiode. Ook de ontvanger (belastingdienst) neemt tijdens de afkoelingsperiode geen dwanginvorderingsmaatregelen en schort bestaande op.
  9. De schuldhulpverlener blijft de schuldenaar ondersteunen en begeleidt onder andere naar minnelijke schuldsanering, dwangakkoord of wettelijke schuldsanering. De schuldenaar kan ook onder bewind worden gesteld.
  10. Na afloop van de afkoelingsperiode herleven de incasso- en executiebevoegdheden.
 
Verplichtingen schuldenaar tijdens afkoelingsperiode (in ieder geval)
  1. Tijdig alle noodzakelijke inlichtingen verstrekken
  2. Medewerking verlenen aan het ingezette schuldhulpverleningstraject
  3. Naar vermogen baten voor de boedel verwerven
  4. Meewerken aan het beheer van zijn boedel en schulden door de schuldhulpverlener
  5. De volgende betalingsverplichtingen nakomen:
    1. Gas, water, elektriciteit en verwarming
    2. Verzekering zorgkosten
    3. WA en motorrijtuigen
    4. Huur of hypotheek.
Afwijzing verzoek
Het verzoek wordt afgewezen, indien:
  1. er in de tien voorafgaande jaren al een afkoelingsperiode is afgekondigd
  2. er een WSNP aanvraag is gedaan bij de rechtbank na indieningsverzoek breed moratorium
 
Tussentijdse beëindiging
  1. Het college moet beëindiging van de afkoelingsperiode verzoeken als:
    1. afkoelingsperiode is verzocht op onjuiste informatie van schuldenaar. Het college zou met de juiste informatie geen verzoek hebben ingediend.
    2. de schuldenaar:
      1. zijn machtiging tot schuldhulpverlening intrekt
      2. handelingen verricht waardoor één of meerdere schuldeisers worden benadeeld
      3. zelf weer aan zijn betalingsverplichtingen kan voldoen
    3. het schuldhulpverleningstraject is of wordt beëindigd
    4. er een betalingsachterstand is ontstaan bij de schuldeisers die tijdens de afkoelingsperiode dienen te worden betaald.
  2. Het college kan beëindiging van de afkoelingsperiode verzoeken als de schuldenaar:
  3. niet alle noodzakelijke informatie wordt verstrekt
  4. geen of onvoldoende medewerking verleent
  5. incidenteel niet heeft betaald aan de schuldeisers die tijdens de afkoelingsperiode dienen te worden betaald
  6. bovenmatige nieuwe schulden laat ontstaan
  7. de schuldenaar kan beëindiging van de afkoelingsperiode verzoeken:
  8. als hij zijn betalingsverplichtingen kan voldoen en dat aannemelijk maakt.
 
Bijzondere situaties
  1. Gemeenschap van goederen/ geregistreerd partnerschap. Daarbij zijn de boedel en de schulden van de gemeenschap onderdeel van het overzicht dat wordt ingediend bij de rechtbank.
  2. Tijdens de afkoelingsperiode:
    1. blijven retentierechten bestaan
    2. mogen pandhouders vorderingen opeisen.
  3. Een verjaringstermijn die afloopt tijdens of binnen zes maanden na de afkoelingsperiode, loopt door tot zes maanden na die afkoelingsperiode.
 
Voor nadere informatie verwijzen wij u naar:
https://www.internetconsultatie.nl/besluit_breed_moratorium